Ellen de Waard (Nobian) over zoutwinning, kritische stakeholders en participatie tot in detail
“Ik ben ervan overtuigd dat de kwaliteit van onze ontwerpen sterk is toegenomen door de inbreng van de omwonenden.”
Voordat ik Ellen de Waard, omgevingsmanager bij Nobian, interviewde, wist ik niet hoe zout gewonnen wordt en dat het deel uitmaakt van vele dagelijkse producten om ons heen. De zoutwinning speelt een rol in de energietransitie, wat ik voorheen ook nooit had gedacht (zie deel 2 van deze serie). Bij Nobian komen chemie en duurzaamheid samen.
Nobian wint zout uit de aardbodem in Noord- en Oost-Nederland. Ellen de Waard heeft de uitdagende taak om stakeholders die kritisch zijn over de mijnbouw in de provincie Groningen uit te leggen dat zoutwinning veilig, nuttig en noodzakelijk is. En ook al zullen ze volgens haar door middel van participatie niet over de streep worden getrokken, Ellen laat ze altijd meedenken over het ontwerp en de plaatsing van nieuwe locaties. Daarbij gelooft ze dat duidelijke en transparante communicatie wel een gedeelte van de zorgen kan wegnemen.
Ellen liet me toe in de wondere wereld van zoutwinning en gasopslag. Ze legde mij uit hoe ze onder andere de BouwApp gebruikt om met een terughoudende groep stakeholders te communiceren. Dit is deel 1 van haar verhaal.

Zoutwinning in Nederland
“Olie is niet de enige grondstof voor plastic, zout is dat ook”, legt Ellen mij uit. “Zout is overal, van de foto die achter jou staat tot de verf op je schuurtje.” Toen zij als omgevingsmanager bij Nobian kwam werken, vanuit een achtergrond in de bouw, wist zij ook niet wat haar te wachten stond. Wat ze wel wist, vanuit haar civiele achtergrond, is dat de BouwApp in deze sector ook nuttig zou kunnen zijn en ze heeft onze app geïntroduceerd.
Nu kan ze me alles haarfijn uitleggen, ook omdat ze dit regelmatig doet tijdens keukentafelgesprekken met omwonenden. Onder de grond zit een versteende zoutlaag, zo hard als beton. Door een gat te boren in dit natriumzout en hier water in te brengen, wordt het zout in dat water opgelost en uit de bodem gepompt. Wanneer de caverne een maximale omvang heeft bereikt, wordt de caverne veilig afgesloten.

Een historisch angstige doelgroep
Nu heeft mijnbouw in Noord-Nederland uiteraard een negatieve naam. Dit is het directe gevolg van de gaswinning in Slochteren en de aardbevingen die daar het gevolg van waren. Het is Ellens taak om omwonenden te overtuigen dat de zoutwinning veilig is. Door deze negatieve ervaringen met de mijnbouw uit het verleden, is dit een al angstige doelgroep die volgens Ellen nooit volledig aan haar kant zal komen te staan.
“Dit is iets wat Nobian zich ten zeerste realiseert”, zegt Ellen. “We zullen de ‘not in my backyard’ instelling nooit overwinnen. Wat we wel kunnen doen is mensen overtuigen van hun veiligheid, het nut van ons werk en ze mee laten denken. We kunnen bereikbaar zijn en transparant communiceren.” Dit moet dan wel binnen kaders gebeuren. “Het beoogde doel, de ontwikkeling van zoutcavernes, blijft bestaan”, zegt Ellen.
Hoe zorgt Ellen ervoor dat ze toch draagvlak creëert bij deze terughoudende doelgroep? Dat doet ze door de stakeholders zoveel mogelijk te betrekken. Ze zit regelmatig bij mensen rondom de keukentafel, ze organiseert bewonersavonden, laat ze meedenken over het ontwerp, organiseert wekelijkse inloopuren en gebruikt de BouwApp om snel transparant te communiceren: “De app geeft ons de mogelijkheid om laagdrempelig en bereikbaar te zijn.”

Soorten overlast
Een zouthuisje van Nobian is lang niet zo opvallend als de elektriciteitscentrales buiten de stad of een aardgaspomp. Maar Noord-Groningen is een open gebied met weinig bos. Door de komst van een zoutwinlocatie kunnen omwonenden te maken krijgen met geluidsoverlast en zichtbelemmering.
Bestaande locaties moeten elke 3 tot 5 jaar worden onderhouden. Tijdens deze 3 tot 4 weken werk, is er sprake van geluidsoverlast en vrachtwagenbewegingen. Voor een nieuwe locatie moet er voor 5 tot 7 weken lang 24/7 worden geboord en dat gaat gepaard met geluid, verlichting en ook verkeer. “Het open landschap houdt dit niet tegen, dus nemen we maatregelen om hinder te voorkomen en af te schermen”, legt ze uit. De grootste uitdaging voor Ellen is echter niet het sentiment rondom de overlast die ze veroorzaken, maar het feit dat de bewoners zich nog steeds onveilig voelen als er in Groningen in de grond wordt geboord.
Participatie tot in de kleine puntjes
Omdat Ellen met een complexe groep stakeholders te maken heeft, hanteert ze een specifieke aanpak. Zo geeft ze omwonenden inspraak in waar zoutwinlocaties komen te liggen. Ze kunnen schuin boren en recht naar beneden, dus enige flexibiliteit is mogelijk. Het woord van Nobian is dan niet altijd leidend. Omwonenden hebben bijvoorbeeld voorgesteld om de schuur achter een leegstaande boerderij te gebruiken voor een locatie, zodat de omgeving onveranderd blijft. Dit is iets waar Nobian ook naar luistert en nu over in overleg is.
Een andere bewoner had het idee om een oud erf opnieuw te gebruiken en daar een pompstation te plaatsen. Ze krijgen de keuze tussen beton of betonnen grastegels, hoe het huisje eruit moet komen te zien en eventueel zelfs de kleur van de pijpen. “Het gaat hier echt om detailkeuzes”, legt ze uit, “en wie kent de omgeving beter dan de bewoners zelf?” De BouwApp is dan een goed medium om dit visueel te maken en snel om inspraak te vragen. Het resultaat is een ontwerp dat anders is dan wat Nobian zelf had kunnen bedenken. “Ze willen ons nog steeds niet in hun achtertuin”, zegt Ellen, “maar de ontwerpen zijn veel beter geworden dan wanneer we ze niet hadden laten participeren.”

De toekomst voor Ellen
Omgevingsmanagement is onderdeel geworden van de toekomst van Nobian. Wat betreft participatie ziet Ellen hierbij wel een uitdaging. “Vroeger waren mensen tot meer bereid, en betrokkenheid creëren zal steeds lastiger worden. Dat merk je al als je bij de vereniging vrijwilligers wilt vinden om te helpen bij een sportwedstrijd.” Ellen noemt deze ontwikkeling ‘participatie moeheid’ en volgens haar is de BouwApp een ideaal medium om dit te ondervangen.
“De BouwApp is een algemene methode om in te zetten voor bouwwerkzaamheden in de omgeving van mensen, maar het kan ook worden gebruikt voor andere projecten.” Hier is ze zelf het beste voorbeeld van, aangezien zij de BouwApp heeft geïntroduceerd in de chemiesector. “De app neemt bewoners op een simpele en laagdrempelige manier mee in wat er speelt in hun directe leefomgeving”, legt ze uit.
Na ons gesprek ben ik in ieder geval flink wat wijzer geworden. Het werk dat Ellen met bewoners doet en hoe ze daar de BouwApp voor gebruikt, is niets minder dan bewonderenswaardig.
Lees meer over de zoutwinning en de energietransitie in deel twee van onze user cases over en met Ellen de Waard.